'In het begin wilde God een kerststal opzetten, daarom besloot Hij het heelal te scheppen om daarmee het kribbetje te versieren.'
Zo begint dit boekje. Het is een soort scheppingsverhaal, maar dan achterstevoren. God, de Allesbestuurder, verplaatst zich in de verschillende figuren die bij de kerststal betrokken zijn: Maria, de ezel, de ster, de herder. Door hun ogen wil hij dichter bij het Jezuskindje komen. Door het kerstverhaal heen wordt verteld over de schepping, over hoe het kwaad in de wereld kwam, over de rijkdom van de aarde en hoe de mensen met elkaar en de aarde dienen om te gaan. De schrijver, Spanjaard, jurist en theoloog, is aanhanger van de orthodoxe katholieke groepering Opus Dei. Hij is een enthousiast verteller, vol fantasie en weet daarmee iets van zijn heilig vuur over te dragen. Nieuwe ontwikkelingen in de theologie en evolutieleer deren hem niet. Het gaat om het verhaal dat niet minder serieus is dan de theologie. Ook Jezus gebruikte verhalen om zijn boodschap te brengen.
Het boekje 'mooi geïllustreerd met kleurige tekeningen' is niet alleen bedoeld voor kinderen, maar & 'vooral voor volwassenen, als zij zich bij de kribbe als kinderen weten te gedragen.' Vanaf ca. 10 jaar.